Hoge Veluwe

Home » Nederlandse landschappen » Hoge Veluwe

Hoe kijk je als je wandelt?… En hoe breng je dat in beeld?

  • Je kijkt waar je je voeten zet en in de verte waar je naar toe gaat

Als je iemand de weg wijst noem je niet alles op wat je onderweg ziet, maar alleen de meest opvallende details, de ‘sleutelwoorden’.
Het zijn de oriëntatiepunten, vormen waar je over, langs of onderdoor gaat.

  • Je volgt de richting die een vorm aanwijst, laat hem los om een lege ruimte over te steken tot je weer houvast krijgt aan een volgende vorm.
  • Soms doen vormen niets meer dan je de lege ruimte insturen.

“Wandeling over De Plijmen”

Wandeling langs, tussen en onder enorme bomen door. Ze zijn zo groot, dat je ze niet met één blik helemaal kan zien. Je moet om je heen kijken, je hebt telkens een ander uitzicht en ziet dan een ander onderdeel van het geheel.

5 meerluiken, etsen, 100 cm hoog, verschillende breedtes, 1985-1986

“Het Slagveld”

‘Het kanongebulder is verstomd, de kruitdamp opgetrokken.
Wat overblijft zijn de sporen van een gewelddadige krachtmeting, langzaam verdwijnend in het gras.’

Het Slagveld is een wandeling door een gedeelte van de Plijmen waar grote bomen, omgewaaid in een storm, in het gras liggen te vergaan.

7 meerluiken, etsen, 100 cm hoog, verschillende breedtes, 1987 – 1989

“Kruipen onder de langzaam inzakkende dode boom”

Een wandeling over en onder de takken van een boom, naar het zand in een holte tussen de wortels en weer terug naar buiten

7 luik, etsen, 7 x (70 x 100 cm), 1987 – 1991

“Langs de takken in het gras, over de boomstam, naar het spechtenhol in de verte”

3-luik, etsen, 50 x 70 cm, 100 x 70 cm, 50 x 70 cm, 1989